Dit zijn de vier meest gehoorde leugens over afvallen

Afvallen. Meer dan de helft van de westerse bevolking is ermee bezig. En we zijn bereid om ons hiervoor in de gekste bochten te wringen. Daar speelt de commercie handig op in met de meest extreme diëten. In het begin lijken deze hun werk te doen, maar op de lange termijn werken ze niet. Met een beetje pech zit je net zo snel weer op je oude gewicht. In welke leugens jij beter niet kunt trappen, lees je hier.
1. Ik doe een crashdieet, dan val ik snel af
Dat klopt. Tijdelijk. Als je gaat van ‘alles eten wat je lekker vindt’ (zeg: 2.500 – 3.000 kcal per dag) naar ‘alleen shakes drinken’ of ‘geen koolhydraten eten’ (zeg: 1.200 – 1.500 kcal per dag) vliegen de kilo’s er de eerste week inderdaad vanaf. Dit is echter voornamelijk vocht.
De eerste week zal je een hongergevoel hebben, de tweede week voel je dit al minder en de derde week heb je er geen erg meer in. Hoe dat komt? Je lichaam gaat als het ware in ‘spaarstand’ staan. Het denkt: ik krijg te weinig energie binnen, dus wat ik binnen krijg moet ik minder verbranden en meer opslaan.
Het resultaat? Na de eerste twee weken stagneert je gewicht of je valt nog maar een heel klein beetje af. En ga je weer ‘normaal’ eten (ca. 2.000 kcal voor vrouwen), dan weet je lichaam niet wat het overkomt. Het is gewend om weinig binnen te krijgen, waardoor het de grotere hoeveelheid niet meer aankan. Dit resulteert in dat je net zo snel weer op je oude gewicht zit als dat je het kwijt bent geraakt.
Natuurlijk: het is een teleurstelling. Maar snelle oplossingen werken niet. Wij kennen niemand die hiermee blijvend op gezond gewicht is gebleven. Crashdiëten zijn ongezond en vaak ook nog eens duur. Kies liever voor een langzamere maar gestage aanpak. Dit leidt op de lange termijn tot meer een blijvend resultaat.
2. Ik eet geen koolhydraten meer, dan val ik af
En weer: dat klopt, tijdelijk. Eigenlijk hetzelfde verhaal als hiervoor. De eerste week denkt je lichaam: wat overkomt mij nu? En het gaat aan het werk. Daarna mist je lichaam echter bepaalde voedingsstoffen en gaat een groot gedeelte van wat het binnenkrijgt opslaan als vet.
Koolhydraten zijn namelijk heel belangrijk voor je energievoorziening. De kans is groot dat je, naast dat je minder snel afvalt, je ook futlozer gaat voelen, omdat je lichaam een belangrijke energiebron mist.
Daarom luidt het advies ook: koolhydraten voor het sporten, eiwitten na het sporten.
Het belang van koolhydraten
Koolhydraten worden altijd gezien als iets wat je absoluut moet vermijden als je wilt afvallen, maar niets is minder waar! Uit verschillende onderzoeken is gebleken dat koolhydraten je juist helpen met blijvend afvallen en dus op gewicht te blijven. Waarom? Voornamelijk omdat je lichaam koolhydraten als zetmelen langzamer verbrandt.
Nu is er wel verschil tussen langzame en snelle koolhydraten:
- Langzame koolhydraten: voedzame producten, zoals volkoren pasta, volkoren brood en groenten.
- Snelle koolhydraten: eigenlijk alles waar veel suiker in zit. Een paar voorbeelden hiervan waarvan je het misschien niet meteen verwacht: cruesli, (ontbijt)koek en frisdrank.
Tip: kijk eens op een verpakking naar het gedeelte ‘koolhydraten – waarvan suikers’. Bestaat meer dan de helft van de koolhydraten uit suikers? Dan kun je het beter laten staan.

3. Ik eet te weinig, daarom val ik niet af
Als je langere tijd te weinig eet, zie ook punt 1 van de leugens over afvallen, gaat je lichaam in een soort ‘spaarstand’ staan. Omdat je continu minder energie binnenkrijgt dan je verbruikt, gaat je lichaam voeding die je wél binnenkrijgt opslaan als vet ofwel ‘reserve’. Hierdoor blijft je gewicht op een gegeven moment stabiel of kom je zelfs aan als je zomaar eens wat meer eet.
Het kan ook zijn dat je niet helemaal eerlijk voor jezelf bent. Eet je echt wel zo weinig als je denkt? Of stop je misschien veel dingen niet bewust genoeg in je mond? Dan kun je alsnog een hongergevoel hebben, omdat je niet goed registreert dat je iets hebt gegeten. Schrijf maar eens op wat je eet of drinkt op een dag. Dit kan verheldering geven.
4. Als ik maar veel sport, val ik wel af
Met alleen sporten kom je er niet. Natuurlijk val je af als je eetpatroon hetzelfde blijft, maar je sporten aan je schema toevoegt. Maar dit is niet blijvend.
Je lichaam gaat namelijk wennen aan de nieuwe inspanningen en heeft op termijn minder energie nodig voor dezelfde workout. Daarom is het belangrijk variatie aan te brengen in je workout en jezelf te blijven uitdagen.
Daarnaast wordt zo’n 70% van je lichaamsgewicht bepaald door je voeding. Sporten helpt je zeker bij afvallen, strakker én fitter worden en het verhogen van je vetverbranding. Voeding blijft echter een essentieel onderdeel van hoe je in je vel zit. Letterlijk en figuurlijk.
Leugens over afvallen, ze zijn er voldoende. Maar, je vertelt ze vooral tegen jezelf. Laat deze vier stellingen varen en je merkt dat je veel betere beslissingen zal nemen. Wil jij beginnen met een eerste goede beslissing? Geef je dan op voor onze thuistrainingen en maak direct een gezonde, vliegende start!